Vorig jaar kregen 424 mensen te horen dat ze hiv hebben. Dat aantal is al sinds 2020 redelijk stabiel, maar het aandeel onder bepaalde groepen groeit, blijkt uit cijfers die Stichting Hiv Monitoring vandaag publiceert.
Onder mannen die seks hebben met mannen (de grootste groep met een hiv-diagnose (243 in 2023), neemt het aandeel van jongeren tussen de 15 en 30 met een diagnose toe. Dat was in 2002 nog 15 procent, vorig jaar ging het om 29 procent. In de leeftijdscategorie van 15 tot 24 jaar werden in 2023 40 nieuwe diagnoses gesteld van hiv.
In een reactie noemt het Aidsfonds de stijging “zorgwekkend.” Directeur Mark Vermeulen, die zelf al 17 jaar leeft met hiv zegt: “We zien dat er te weinig is geïnvesteerd in preventie. Landelijke campagnes over seksuele gezondheid zijn er al meer dan tien jaar niet geweest. Een hele generatie heeft niet meegekregen wat bijvoorbeeld hiv is. We zien dat condoomgebruik onder jongeren hierna is afgenomen en dat het aantal soa’s weer toeneemt. Het is dan niet gek dat de hiv-cijfers dan ook stijgen.”
Toegankelijkheid PrEP
Een van de manieren om jezelf tegen een hiv-infectie te beschermen is het nemen van PrEP. Van alle mensen die vorig jaar hiv kregen, dacht 25 procent dat PrEP voor hen niet nodig was. 19 procent wist niet eens dat het middel bestond.
Het is in ons land niet goed gesteld met de toegankelijkheid van PrEP. Sinds augustus moeten mensen daar zelf voor betalen. “Als je iedere dag een pil neemt, is dat dertig euro per maand. Voor een kleine groep, vooral jongere mensen of mensen met een migratieachtergrond, kan dat een drempel zijn, terwijl juist die groep risico loopt.”
Of het er de komende jaren beter op wordt, valt te betwijfelen. De huidige regering is voornemens flink te bezuinigen op preventie, wat grootschalige campagnes over seksuele gezondheid onmogelijk maakt. Het Aidsfonds is vindt echter dat Nederland nog steeds in een sterke positie verkeert om het aantal nieuwe hiv-infecties terug te dringen naar nul. “De middelen zijn beschikbaar, maar moeten effectief worden benut.”
