“Breek die kast af”

0

‘Haal hiv uit de kast’. Met deze slogan liep Sensoa, het Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid afgelopen zomer mee tijdens de Antwerp Pride. Het was voor het eerst dat zij tijdens de parade opriepen om open te zijn over hiv. Verpleger Wim (29) uit Antwerpen en postbode Dylan (22) uit Waarschoot liepen mee.

Dylan: “Op mijn 16e kreeg ik te horen dat ik hiv heb en kwam ik in contact met Sensoa. Ik volgde een bakkersopleiding en omdat ik daar met messen en machines werkte, vond ik het belangrijk om de directeur van mijn opleiding in te lichten. Hij heeft toen besloten alle leerkrachten door Sensoa te laten informeren over hiv. In eerste instantie schrok ik daar wel van. Als het aan mij had gelegen, had ik het alleen aan de leerkrachten van wie ik praktijklessen kreeg, verteld. Ik ging mij echt niet aan een balpen snijden tijdens een theorieles. In de tijd daarna heb ik een aantal keren afgesproken met mensen van Sensoa, omdat ik het best moeilijk had en met allerlei vragen zat.”

Wim: “Nadat ik in 2012 mijn diagnose kreeg, heb ik via het lotgenotencontact van Sensoa met een vrijwilliger gesproken. Dat heeft mij veel steun gegeven en er weer bovenop geholpen. Natuurlijk kreeg ik support van familie en vrienden, maar dat is toch anders. Je wilt gewoon antwoorden op allerlei vragen en die kunnen zij niet geven. Zij weten niet hoe het is om te leven met hiv en juist dat wil je weten. Inmiddels ben ik zelf ruim een jaar actief als vrijwilliger en word ik ingezet voor de lotgenotencontacten. Ik help ook mee met allerlei nevenactiviteiten. Toen ik hoorde dat Sensoa dit jaar met de Antwerp Pride meedeed en hiv bespreekbaar maken het thema was, heb ik mij aangemeld om mee te lopen.”

Wim (foto Linelle Deunk)

 

Dylan: “Onze groep bestond niet alleen uit mensen met hiv: ook ouders, vrienden en andere sympathisanten liepen mee. Daarmee neem je bepaalde vooroordelen weg, het kan namelijk iedereen overkomen. Hopelijk heb ik met mijn deelname laten zien dat je hiv op elke leeftijd kunt krijgen en dat je altijd bescherming moet gebruiken. Wij hebben tijdens de wandeling condooms uitgedeeld met op de verpakking teksten als ‘Haal hiv uit de kast’ en ‘Ik weet wat ik doe’.

In het begin van de wandeling was ik erg zenuwachtig; je weet nooit wie er allemaal langs de kant staan. Achteraf ben ik trots dat ik deze stap heb gezet. Voordat ik meeliep, wist een deel van mijn familie het nog niet, maar door de Pride heb ik het eindelijk kunnen delen. Dat was een enorme opluchting. De reactie van mijn familie was gelukkig positief. Voor hen ben ik nog steeds dezelfde Dylan die ik altijd al was.”

Wim: “Samen met Dylan werd ik door een jongerenmagazine geïnterviewd over onze deelname aan de Pride. Dat artikel werd gedeeld op de website van de openbare omroep VRT. Dat was even slikken, omdat iedereen het daar kon lezen. Het was voor mij wel een aanleiding om de kastdeur wagenwijd open te gooien en een aantal mensen in te lichten dat het nog niet wist. Hoewel ik tijdens de Pride behoorlijk zenuwachtig was, vooral omdat ik veel mensen in Antwerpen ken, vond ik het belangrijker om te laten zien dat wij er zijn. Als wij er zelf normaal en open over doen, reageren anderen daar hopelijk goed op en verdwijnen de stigma’s.”

Dylan: “Helaas merk ik nog regelmatig dat hiv een taboe is. Toen ik mijn baas op de hoogte bracht, zei die direct: ‘Houd dit maar tussen ons’. Mensen zijn vooral bang uit onwetendheid, ze weten nauwelijks iets over hiv en denken nog steeds dat je er dood aan kunt gaan of dat het door een handdruk overdraagbaar is. In het verleden ben ik er zelfs vrienden door verloren. Vlak nadat ik mijn diagnose kreeg, heeft mijn ex-vriend het overal rondgebazuind en het op internet gezet. Mensen die ik goed dacht te kennen, hebben mij toen als een baksteen laten vallen. Op die leeftijd ervoer ik al hoe mensen in elkaar kunnen steken en dat angst een grote vijand is.”

Wim: “Ik denk dat het grote stigma van hiv vooral te maken heeft met hoe je het meestal oploopt, namelijk door seksueel contact. Mensen in Vlaanderen zijn over het algemeen niet zo open over seksualiteit. Waarschijnlijk denken ze: je hebt hiv, dus je zult er wel op los hebben… ‘geleefd’. Gelukkig is in mijn omgeving niemand afgehaakt en heb ik nooit echt met vooroordelen te maken gehad. Als mensen die ik niet ken een oordeel hebben, kan me dat weinig schelen.”

Dylan: “Ik kan me goed voorstellen dat veel jongeren het vanwege al die vooroordelen moeilijk vinden om open te zijn. Als mijn ex het niet had rondgebazuind, zou ik het ook langer stil hebben gehouden om het eerst zelf te verwerken. In eerste instantie drong de diagnose nauwelijks tot me door. Het besef kwam pas echt toen ik mijn vader zag wenen. Ik had het gevoel dat ik hem enorm had teleurgesteld. Toen kwam de echte klap. Het was heel triest: ik voelde mij niet goed, kon moeilijk onder de mensen komen, moest veel huilen en was vies van mijzelf. Ik wilde echt een paar weken met rust gelaten worden en moest tot mezelf komen. Uiteindelijk ben ik wel blij dat ik het gezegd heb. Door het voor jezelf te houden, ga je vanbinnen kapot.”

Dylan (foto Linelle Deunk)

Wim: “Ook ik had het er in het begin heel erg moeilijk mee. Zo erg, dat ik zelfs op het punt stond om er mee te stoppen. Ik kon het niet naast me neerleggen. Uiteindelijk heb ik gekozen voor het leven en de weg vooruit. Mede door die ervaring ben ik zo open over mijn hiv-status. Als anderen in dezelfde situatie zien dat ik er helemaal okay mee ben, dan maakt dat hun situatie misschien wat draaglijker. Hiv hoort helemaal niet in de kast, het is een zwaar geheim om mee te dragen, terwijl er niks geheimzinnigs aan is. Als iemand diabetes of kanker heeft wordt dit ook gewoon verteld, terwijl ik dat veel erger vind. Wij hoeven bijvoorbeeld niet dagelijks te prikken. Ik slik elke dag één pil, ga om de zes maanden naar de dokter voor controle en voel mij verder helemaal goed.

 

Natuurlijk heeft niet iedereen de behoefte om zo open te zijn, maar het is een zwaar geheim om te dragen. Je hoeft het natuurlijk niet aan de hele wereld te vertellen, maar het is belangrijk om iemand in vertrouwen te nemen. Dat hoeft niet per se iemand te zijn die je kent. Je kunt ook een professional opzoeken, een hiv-arts, een psycholoog of iemand van Sensoa. En als je iemand in je omgeving in vertrouwen neemt, wees je er wel van bewust dat je eerst zelf stabiel in je schoenen moet staan. Er eerst zelf normaal over doen is belangrijk, omdat je dat anders ook niet van een ander kunt verwachten.”

Dylan: “Ik zou jongeren in Vlaanderen die nog niet open zijn over hun hiv, adviseren om af te spreken met iemand van Sensoa en daar de vragen te stellen waarmee ze zitten. Zoek steun, probeer erover te praten met iemand die je vertrouwt. Ten slotte zou ik willen zeggen: haal hiv niet uit de kast, maar breek die hele kast af! Hiv is namelijk niks om je voor te schamen.”

Dit artikel verscheen eerder in hello gorgeous #21.

Tekst Marcel Verhagen Fotografie Linelle Deunk

Leave A Reply