Denken aan doodgaan

0
Fotografie DimitriosFos

Fotografie DimitriosFos

Mensen die depressief zijn, denken regelmatig aan zelfdoding. Praten hierover is taboe. Uit schaamte of omdat men dierbaren hiermee niet mee wil belasten.

Psychische klachten komen vaak voor bij mensen met hiv. Onderzoek wijst uit dat ongeveer 40% een depressieve stoornis heeft. Een symptoom hiervan is het hebben van suïcidale gedachten. Uit cijfers van de Stichting Hiv Monitoring blijkt dat in 2012 vier mensen met hiv daadwerkelijk suïcide pleegden. Cijfers over 2013 ontbreken nog.

Dat het hebben van hiv en psychische klachten vaker samengaan, heeft meerdere oorzaken. Het moeilijk kunnen accepteren van de hiv-diagnose is er één van. Of het slikken van bepaalde medicijnen tegen hiv. Maar het virus zelf kan ook de oorzaak van depressie zijn, doordat het ervoor kan zorgen dat in de hersenen te weinig serotonine wordt aangemaakt. Soms zijn mensen al vóór hun hiv-infectie kwetsbaar voor depressie. Met hiv wordt het dan nog erger.

Bange Pietertje

Pieter (52) is een man met hiv en uitzicht op een mooie toekomst. Dit was echter niet altijd zo. Hij heeft zijn leven lang last gehad van depressies en dacht er regelmatig aan om uit het leven te stappen. ‘Als kind al had ik het gevoel dat ik er niet bij hoorde en niet werd geaccepteerd.’

Op z’n 17e vertelt hij zijn ouders en oudere zus dat hij homoseksueel is. ‘Dit was voor mijn vader de druppel die de emmer deed overlopen en ik werd het huis uitgezet.’

In die tijd is hij erg onzeker en angstig. Zijn enige houvast zijn z’n vrienden bij het COC in Groningen, waar hij gastheer is. ‘Ik speelde daar de rol van de vrijgevochten homo, maar ik was nog steeds bange Pietertje, die niet zichzelf mocht zijn.’

Als hij van zijn opleiding wordt weggestuurd en zijn vrijwilligerswerk bij het COC stopt, belandt hij in een diepe depressie. Pieter besluit professionele hulp te zoeken en komt in een therapeutische gemeenschap terecht. ‘Daar ben ik bijna twee jaar geweest. Ik vroeg ze wat er met mij aan de hand was, maar een diagnose heb ik nooit te horen gekregen.’

Manisch

Niet veel later krijgt hij een relatie met een stoere Fries. Hij verbrandt al zijn schepen achter zich en ze gaan samen in Friesland wonen. ‘Ik ontdekte daar mijn kinky gevoelens. Mijn partner was daar het type niet voor. Hij wilde vasthouden aan wat we hadden, terwijl ik juist wilde losbreken.’

De relatie wordt na tien jaar door Pieter verbroken. Hij is inmiddels 43 en trekt naar Leeuwarden, waar hij denkt het Walhalla te hebben gevonden. ‘Alles was fantastisch. Ik voelde me geweldig en sliep maar twee uur per nacht. Dat wist ik toen nog niet, maar in die tijd was ik manisch. Ik ontwikkelde mijn kinky kant en was geobsedeerd door bare seks en hiv. Mijn wens was om positief te worden, ergens bij horen. Terugkijkend, was ik zelfdestructief.’

Hij heeft een date met een man die zich voordoet als meester. Bij hun eerste ontmoeting slikt hij het zaad van hem door. Wanneer ze elkaar nog een keer tegenkomen, zegt de man dat hij hiv heeft en geen medicijnen slikt. Toen vroeg hij: “Mag ik in je kont klaarkomen?”. Op het moment zelf was ik enorm bang. Ik dacht alleen maar: schiet op, kom klaar, dan hebben we het gehad. Ik genoot er absoluut niet van.’

Hiv-fever

Zes weken later wordt hij ziek met een flinke griep. ‘Zelf legde ik eerst niet de connectie met hiv, tot een vriend zei dat ik waarschijnlijk de hiv-fever had.’ Deze vriend wordt uiteindelijk zijn buddy, en hij mag bij hem komen wonen in Utrecht.

Pieter kwakkelt erg met zijn gezondheid en dringt er bij zijn internist regelmatig op aan om met de hiv-medicatie te mogen beginnen. Maar zijn CD4-aantal is nog goed, en zijn klachten zouden niet hiv-gerelateerd zijn. Uiteindelijk vraagt hij om een andere internist. Deze wil hem in eerste instantie ook nog niet op medicatie zetten, maar zij maant hem wel aan om psychische hulp te zoeken.

‘Ik had enorme last van fistels en leefde alleen maar op de bank en het bed, omdat ik niet meer kon zitten van de pijn. Ondertussen blowde ik heel wat joints weg. Op een dag lag ik op bed en keek naar de haken die in het plafond zaten om een sling aan te bevestigen. Ik kan me daar ook aan ophangen, dacht ik. Zo uitzichtloos was het. De enige personen die me ervan hebben weerhouden waren mijn vriend en m’n zus.

Als ik mezelf had willen doden, had ik een briefje op de deur moeten plakken. “Kom niet binnen, want ik heb mezelf opgehangen!” Dat kan je toch niemand aandoen!?’

Lees de rest in hello gorgeous #9 

Tekst Leo Schenk Fotografie DimitriosFos

Leave A Reply