Hélène (64) groeide op in een welgesteld gezin in Amsterdam Zuid. Omringd door dienstbodes, werksters, naaisters, huishoudsters en kindermeisjes. Niets wees er toen op dat zij dertig jaar van haar volwassen leven als junk zou doorbrengen. Door het delen van naalden liep zij hiv op. Ze kickte af, maar moet leven met de gevolgen van haar verslaving en ziekte. Haar lichaam wil niet meer zo, maar van binnen is ze nog steeds die gekke meid van vroeger.
‘Een studiebol ben ik nooit geweest. Ik bleef meerdere keren zitten, werd van scholen afgetrapt en kwam uiteindelijk op een chique internaat in Zwitserland terecht. Op mijn 16e kwam ik terug en kreeg ik een brommertje voor mijn verjaardag. Ik ging werken voor uitzendbureaus en had verscheidene baantjes.
Het stappen begon ook: met vriendinnen langs feestjes, naar dansavonden in Amstelveen. Later werden dat tripjes met de auto naar het Leidseplein in Amsterdam. Lekker dansen in de Lucky Star. Het was de tijd van de soulmuziek. De meeste vrienden en ik begonnen met het roken van hasj. We hebben echt gekke dingen gedaan, maar helaas ben ik veel vergeten van die tijd. Mijn moeder en mijn broer vonden het maar niets dat ik blowde. Men wist er toen niet zoveel vanaf, ze dachten dat je er gek van kon worden.‘
Hippie-huwelijk
‘Het was de hippietijd en er werd zoveel geëxperimenteerd. Na de hasj kwamen de LSD en amfetaminen. Als hippies onder elkaar deelden we onze drugs. We hallucineerden er op los, in het park of in iemands kamer. Ik ben met een vriendin naar Marokko vertrokken en daar heb ik een poos in Agadir geleefd. Mijn moeder stuurde mij maandelijks wat geld op en daar kon ik prima van leven. Ik woonde in een hotel en kon lekker chillen op het strand. In Marokko was de hasj makkelijk te krijgen.Ik kwam terug met grote stukken, die ik uitdeelde aan vrienden. Delen was toen nog de norm, dat is tegenwoordig wel anders.
Ik had een erfenis gehad, maar die stond vast tot mijn 21e. Ik wilde dat geld hebben om vrij te leven, te reizen, te dealen. Ik viel eigenlijk op vrouwen, maar ik besloot te trouwen met een serieuze vriend uit mijn vriendenkring die ik vertrouwde. Zo kreeg ik al op mijn 18e het geld. Mijn vrienden en ik gingen in onze hippiekleding, met bonte stola’s en al, naar het gemeentehuis. Na het huwelijk gingen we met zijn allen naar de bank. Ik was een levensgenieter, wilde vooral pret maken.
We kochten van het geld een huis in Schoonhoven en daar gaven we grote feesten. Onze Amsterdamse vrienden kwamen langs en samen dansten we en maakten we muziek. Mijn man en ik namen allebei weleens een vrouw mee naar huis, we hadden toch twee slaapkamers. Het waren geweldige tijden. Uiteindelijk zijn mijn man en ik acht jaar getrouwd geweest.’
Roes
‘Het geld raakte langzaam op. We gingen terug naar Amsterdam en verkochten het huis in Schoonhoven. Mijn verslavingsperiode is begonnen met opium. Dat rookten we niet, we spoten het. Ik voelde me zo lekker met opium, zo rustig. We haalden het bij de Chinezen achter de Nieuwmarkt. Eerst één keer per week, later elke dag. We hebben zo’n twee jaar opium gespoten en toen kwam de heroïne op de markt. Dat was nieuw en spannend. Het gevoel was ook anders dan met opium. Het was duurder, maar te lekker. We wisten dat we verslaafd waren, dat voelden we wel als we even niets hadden. Bij de GGD haalden we methadon om niet ziek te worden. Zo konden we overdag werken en geld verdienen. Daarvan haalden we na het werk weer een shot heroïne.’
Lees de rest in hello gorgeous #7
Tekst Charlot Spoorenberg Fotografie Caroline Bijl