Laurenz Hoorelbeke (36) is een bekende musicalacteur in Vlaanderen. Ondanks dat hij doorlopend PrEP nam, werd hij ziek en bleef een hiv-infectie onopgemerkt.
“Ik ben geboren in 1988 en groeide op in een klein dorpje. Van jongs af aan was ik bezig met muziek. Op mijn twaalfde speelde ik voor het eerst mee in een professionele musical: Pinokkio, een productie van Studio 100. Toen is het zaadje geplant, ik ging musicalworkshops volgen en zat op piano-, zang- en saxofoonles. Mijn ouders vonden dat ik een gedegen scholing moest volgen. Ik studeerde Latijn, moderne wetenschappen en humane wetenschappen. Toen ik voor te veel vakken zakte, beseften mijn ouders dat een kunstopleiding beter paste bij mij. Daar haalde ik de beste punten van iedereen. Vervolgens heb ik het conservatorium in Brussel doorlopen. Op mijn 16e kwam ik uit de kast, ik had toen een vriendje die acht jaar ouder was. De coming-outwas voor niemand echt een verrassing, maar toch deed het mijn vader wel wat. Ik werd vrij snel volledig aanvaard. Inmiddels ben ik al wat jaartjes actief als musicalacteur. Ook spreek ik animatiefilms in. De rol die me het meest bevallen is, was die van Dr. Frank-N-Furter in de Rocky Horror Show. Dat was zes jaar geleden mijn eerste hoofdrol. Het was fantastisch om te spelen. Je kan alles maken en je hebt veel interactie met het publiek. Ook mijn huidige rol bevalt me goed. Ik speel Corny Collins – een presentator van een tv-show – in de musical Hairspray. Het is wel lekker om niet de dragende rol te spelen.”
Onaangebroken doosje antibiotica
“Begin juli 2023, tussen twee producties in, kreeg ik griepsymptomen. Ik dacht eerst aan een keelontsteking en ik was erg moe de hele tijd. Thuis vond ik nog een onaangebroken doosje antibiotica, maar na die kuur was het nog niet over. De huisarts liet mijn bloed onderzoeken. Ik slikte al een hele tijd doorlopend PrEP, waardoor ik elke drie maanden op hiv werd getest. Ze belde met de resultaten: ‘Het kan niet moeilijk zijn dat je zo moe bent, want je hebt CMV’. Het cytomegalovirus is een Pfeiffer-achtig virus dat de rest van je leven in je zenuwbaan blijft. Mijn ijzerwaarden waren ook veel te hoog en ik werd doorgestuurd naar een hematoloog voor een aderlating. De arts in het ziekenhuis wilde eerst meer onderzoek doen en ik werd op van alles en nog wat getest, maar weer niet op hiv. De aderlating bleek overbodig, de waarden waren inmiddels weer normaal. Het bleken symptomen van een acute CMV-infectie. De hematoloog ging op vakantie, maar ondertussen zag ik de uitslagen op mijn app. Ik besloot wat te googelen, want het was opvallend dat mijn CD4- en CD8-ratio’s véél te laag waren. Hiv stond boven aan de zoekresultaten. Ik belde de huisarts en die liet vervolgens het bloedstaal alsnog op hiv testen.”
Verrast
“De uitslag was niet definitief, maar er was onvoldoende bloed om een bevestigingstest te doen. Ik heb meteen weer bloed laten afnemen en opnieuw was de uitslag niet definitief. Het bloedstaal werd toen doorgestuurd naar het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG), het hiv-behandelcentrum in Antwerpen. Ondertussen waren er weken verstreken, en ik was nog altijd ziek. Ik had wondjes die niet genazen en mijn mondhoeken lagen open. Een week later kreeg ik telefonisch de uitslag: de hiv-test was positief teruggekomen. PrEP kan er dus blijkbaar voor zorgen dat een hiv-infectie onder de radar blijft. Enerzijds was ik verrast door de uitslag, maar anderzijds ook rustig: het kan maar duidelijk zijn. Alleen was ik op dat moment totaal niet op de hoogte van wat hiv inhield.”
Time out
“Tien dagen later kon ik terecht bij het ITG. Daar vroeg men of ik PrEP nam: ja dus. Vervolgens was de vraag of ik het nog steeds nam? Ja, mijn dokter zei dat ik het in de tussenliggende tien dagen moest blijven nemen. Dat bleek niet handig, want PrEP vergrootte de kans op resistentie voor bepaalde hiv-medicatie. Ik kreeg direct twee tamelijk zware hiv-remmers en deed mee aan een onderzoek naar de PrEP-gebruikers die tóch met hiv geïnfecteerd raakten. Daar leerde ik dat er wereldwijd niet meer dan 450 gevallen bekend zijn. Nadat ik in een interview had gezegd: ‘Schatties, PrEP beschermt voor 99%, maar dus ook voor 1% niet’, werd ik bij mijn eerstvolgende afspraak bij het ITG teruggefloten. Ik zou mijn woorden beter moeten wikken en wegen. Van de eerste hiv-remmers kreeg ik heel veel last van bijwerkingen. Alhoewel ik behoorlijk ziek was geweest, dacht ik dat ik heel goed aan het copen was, terwijl dat helemaal niet waar was. Want ik zat ik hier in mijn eentje tina (crystal methamfetamine, red.) te roken en gebruikte weet ik wat niet allemaal tegelijk. Ik had geen relatie meer, niemand had controle over mij, en ikzelf ook niet meer. Tot ik een grote psychose kreeg en een week werd opgenomen in de psychiatrie. In feite was dat nét genoeg, een perfecte time out. Sindsdien heb ik geen drugs meer aangeraakt. Die week kreeg ik een telefoontje van mijn producent die inmiddels de geruchten had gehoord. “Wij willen dat jij je focust op je herstel, je hoeft meer niet te komen werken”, zeiden ze. Dat klonk nobel, maar ik vermoedde dat men mij op deze manier wilde buiten zetten. Ik heb er heel hard voor gevochten om te blijven. Ik klaagde het aan bij de anti-discriminatievereniging en won. Ik heb nooit onder invloed op een podium gestaan. Wél doodziek.”
Naar buiten treden
“Ik krijg best veel vragen van mensen over hiv. In Vlaanderen is het kennelijk niet zo gewoon er open over te zijn. Nadat ik in diverse media mijn verhaal had gedaan, kwamen er van alle kanten vrienden en collega’s naar mij ‘uit de hiv-kast’. Kennelijk was het voor niemand veilig genoeg dit eerder te delen. Voor mij was het belangrijk om naar buiten te treden. Allereerst om te informeren over hiv en PrEP en daarnaast om het taboe te doorbreken. Er is nog zoveel onwetendheid. Uiteindelijk heeft niemand uit mijn omgeving negatief gereageerd. Mijn ouders zitten er wel wat meer mee omdat ze er met niemand over kunnen praten. In dat kleine dorp waar ik de eerste homo was ben ik nu ook ‘die jongen met aids’. Momenteel schrijf ik een boek in de hoop een breder publiek te bereiken met mijn boodschap over hiv en ook over druggebruik. Hoeveel moeite bijvoorbeeld het ITG heeft gedaan om de n=n-boodschap te verspreiden, en die is nooit tot bij mij geraakt. Het blijft lastig, óók in de gay community, om het stigma en de onwetendheid te bestrijden. Maar daarom is het des te meer nodig.”
PrEP nemen en toch hiv?
Als mensen PrEP gebruiken zoals voorgeschreven, is het ontzettend effectief. In wetenschappelijke tijdschriften zijn minder dan twintig zogenaamde ‘break-through’ infecties gemeld, bij ongeveer één miljoen mensen wereldwijd die PrEP gebruiken. De meeste risico om hiv op te lopen terwijl je PrEP slikt, is het middel niet te nemen zoals het voorgeschreven. De gemelde hiv-infecties kwamen ze meestal voor bij mensen die PrEP gebruikten en werden blootgesteld aan hiv dat resistentie vertoont tegen de medicijnen in PrEP. Meer over dit vind je op aidsmap.com/about-hiv/prep-failures-breakthrough-infections.
Dit artikel verscheen eerder in hello gorgeous #47.
Tekst Ron van Zeeland Beeld Henri Blommers