Christine Among (53) werd geboren in Oeganda en leeft ervoor om andere mensen te helpen. Dit doet ze onder andere met haar stichting Mama Watoto, gericht op het ondersteunen van (jonge) vrouwen en straatkinderen in het Afrikaanse land. “Ik wil anderen helpen, die het net als ik niet makkelijk hebben.”
Christine is geboren in Noordoost-Oeganda. Ruim 22 jaar geleden is zij, vanwege de liefde, naar Nederland gekomen. “Ik ontmoette mijn toenmalige man bij Artsen zonder Grenzen, waar hij werkte als engineer. Hij kwam uit Nederland en was bezig met het renoveren van een ziekenhuis. Als moeder van drie kinderen, van verschillende mannen; wie wil dan nog met je trouwen? Ik had nooit gedacht dat een man in mij geïnteresseerd zou zijn. Bovendien wist ik helemaal niet wat liefde inhield. Ik had enkel ervaring met slechte, zelfs gewelddadige relaties. Ik ben ontzettend blij dat ik iemand heb ontmoet die oprecht van mij hield en bovendien kon zorgen voor zowel mij als mijn drie kinderen. Het was liefde op het eerste gezicht.
Toen zijn contract bij Artsen zonder Grenzen afliep, moest hij terug naar Nederland. Ik ging mee. Heel spannend vond ik dat, met name omdat ik nog nooit in het buitenland was geweest. Ik herinner het mij vooral als een moeilijke tijd. Ik kende de taal en de cultuur niet. In Oeganda is de cultuur heel open. Het is gebruikelijk om mensen te groeten, ook als je ze niet kent. Hier is dat heel anders, geslotener. En ook het Nederlandse weer is niet te vergelijken met het tropische klimaat daar. Maar begrijp me niet verkeerd, ik ben ontzettend dankbaar dat ik de kans heb gekregen om mijn leven in Nederland op te bouwen. Bovendien heeft mijn toenmalige man mij nog twee prachtkinderen gegeven.”
Jonge moeder
Christine is jong moeder geworden. Toen ze 16 jaar oud was, kreeg ze haar eerste kind. In Oeganda heeft ze haar eerste drie kinderen alleen moeten opvoeden. Het was volgens Christine puur overleven, met name op financieel gebied. Deze lastige periode heeft haar lang beziggehouden. Ook vele jaren later nog, toen ze in Nederland woonde.
“Ik wilde anderen helpen, die het net als ik niet makkelijk hebben. Zelf heb ik ervaren hoe moeilijk het is als je er alleen voor staat. Dus voor andere alleenstaande moeders wil ik er zijn.” Christine besloot in 2007 de stichting Mama Watoto(‘Moeder van Kinderen’ in het Swahili; mamawatoto.org) op te richten, die deze kwetsbare groep in Oeganda bijstaat. Zo steunt ze enkele jonge moeders die tijdens de burgeroorlog in 2003 door de rebellen zijn gekidnapt en verkracht. Ook helpt ze vrouwen die weduwe zijn geworden doordat hun mannen door de rebellen zijn gedood of aan aids zijn overleden. Daarnaast helpt Christine kinderen die op straat leven en nergens anders terechtkunnen. Haar steun geeft ze in de vorm van trainingen, (voedsel)projecten en het organiseren van allerlei activiteiten.
Roddelen
Ongeveer 6,5% van de volwassenen in Oeganda heeft hiv. Het komt met name voor bij jonge vrouwen; de groep waar Christine zich op richt. “Het merendeel van deze vrouwen heeft hiv opgelopen na bijvoorbeeld verkrachting door rebellen. Het hebben van hiv in Oeganda maakt het leven bijzonder ingewikkeld. Dat komt ten eerste door de ongelijkheid. Heb je niet genoeg geld, dan kom je niet in aanmerking voor behandeling en medicatie. De overheid doet hier niets tegen. Het lijkt wel alsof het alleen maar draait om geld verdienen en niet om het behandelen van mensen met hiv/aids. Zorg in Nederland is niet afhankelijk van hoe rijk of arm je bent. Dat werkt veel beter.
Ook is er sprake van een enorm stigma op hiv in Oeganda. Als je hiv hebt, roddelen mensen over je. Ze zeggen bijvoorbeeld dat je een hoer bent of met meerdere mannen het bed hebt gedeeld. Als je hiv hebt, loopt iedereen met een boog om je heen. Vreselijk. Natuurlijk, in Nederland is ook sprake van een stigma, maar minder. Maar je kunt het mensen niet kwalijk nemen. We hebben op een afschuwelijke manier kennisgemaakt met hiv. Het roept angst op bij mensen. Daar komt nog eens bij dat mensen vaak héél weinig over hiv en aids weten. Onwetendheid gaat hand in hand met stigma.”
Strafbaar
Homoseksualiteit is strafbaar in Oeganda, je loopt het risico om levenslang in de gevangenis te belanden. Dit werkt verspreiding van hiv alleen maar in de hand, volgens Christine. “Omdat homoseks verboden is, gaan mensen het stiekem doen. Dat is gevaarlijk. Er is weinig zicht op wie met wie slaapt en al helemaal geen zicht op wie hiv heeft. Het bestrijden van hiv is daardoor vrijwel onmogelijk. Het blijft circuleren. Dit is anders bij een huwelijk tussen een man en een vrouw. Het is gebruikelijk dat een man met meerdere vrouwen slaapt of trouwt. Sterker nog: de vrouw moedigt haar man juist aan om zijn andere vrouwen mee naar huis te nemen. Dan is er in ieder geval zicht op de bedpartners van haar man, en indirect dus ook de op verspreiding van hiv.” Christine zou graag zien dat het verbod op homoseksualiteit in Oeganda verdwijnt. “We zijn allemaal hetzelfde, homoseksueel of niet. Volgens mij moet de overheid accepteren dat iemand homoseksueel is, in plaats van homoseksualiteit te veroordelen.”
Luisterend oor
Naast de activiteiten voor Mama Watotowerkt Christine ook bij de Hiv Vereniging als peer educator. “Mijn belangrijkste taak is het helpen van mensen die bijvoorbeeld hun status (nog) niet met anderen hebben gedeeld, of mensen die net pas weten dat ze hiv-positief zijn. Ik luister naar hun verhalen en probeer hun kracht mee te geven. Dit is volgens mij het allerbelangrijkste. Luisteren en er voor ze zijn. En daarmee empowerje niet alleen de ander, maar ook jezelf. Ik ontmoet allerlei soorten mensen. Verschillende religies, verschillende culturen, verschillende gewoonten en gebruiken. Ik vind het geweldig.”
In de toekomst gaat Christine het liefst door met wat ze nu doet. Luisteren naar mensen en op deze manier het verschil proberen te maken in andermans leven. “Ik droom ervan om ooit een eigen plek te hebben waar vrouwen bij elkaar kunnen komen om hun verhaal te vertellen. Een keer per maand een story telling-tafel bijvoorbeeld. Ik zorg dan voor thee en iedereen neemt zelfgemaakt eten uit het land van herkomst mee. Als ik genoeg verhalen heb verzameld, wil ik er een boek van maken. Dan kunnen meer mensen dit lezen. Deelgenoot zijn van verhalen van anderen geeft hoop en kracht. Daar geloof ik in.”
Dit artikel verscheen eerder in hello gorgeous #24.
Tekst Lisan Jansen Lorkeers Fotografie Henri Blommers